Platform over beton en staal in de bouw
interview | Staalhandel staat voor stevige transitie

interview | Staalhandel staat voor stevige transitie

De Staalfederatie mag zich vanaf dit voorjaar Koninklijke Staalfederatie noemen. Voor de honderdjarige federatie is deze erkenning van grote waarde en betekent het veel meer dan de spreekwoordelijke kroon op het werk.

De Staalfederatie is met 49 leden een relatief kleine vereniging. Zij vertegenwoordigt echter een groot maatschappelijk belang en speelt een belangrijke rol in de Nederlands maakindustrie en bouw. “Het predicaat helpt ons vooruit in de erkenning wie we zijn”, legt Hans Hilbrands, voorzitter en tevens directeur van Reesink Staal uit. “Het geeft ons een duw in de rug om verder te gaan met waar we mee bezig zijn. We doen achter de schermen ontzettend veel aan lobbywerk. De kunst is om opdrachten te krijgen die voordeel hebben voor de staalbranche.”

Spagaat

De staalsector is een behoudende sector. Er wordt van oudsher veel verhandeld op volume en inkoopvoordeel. Wil de sector toekomstbestendig zijn, dan zou zij zich volgens Hilbrands veel meer moeten richten op de toegevoegde waarde voor haar klanten. “Tot het begin van deze eeuw, was de overheid in veel sectoren een bepalende factor. De marktwerking deed zijn intrede, waardoor deze sectoren moesten veranderen. De Staalfederatie heeft in feite zichzelf opnieuw moeten uitvinden. Een moeizame weg die we zijn ingeslagen, maar wel een weg met vele mogelijkheden.”

Digitalisering

De hoofdthema’s die spelen zijn: digitalisering, innovatie, logistiek, financiën en personeel. “We kunnen niet om digitalisering heen. Mede door het tekort aan personeel in het algemeen en vakmensen in het bijzonder. We moeten veel meer gaan standaardiseren, bijvoorbeeld door te werken met standaardartikelnummers op fabrikantenniveau. Het is aan de individuele staalbouwers om dat op te pakken, aangemoedigd door partijen als Samenwerkende Nederlandse Staalbouwers.” 

Strategische partners

Om aan te geven hoe staalbedrijven daarop in kunnen spelen of daar al mee bezig zijn, geeft Hilbrands het voorbeeld van zijn eigen bedrijf Reesink Staal. “Wij hebben al forse stappen gezet met de software. Daarin trekken we samen op met al onze klantgroepen. Je ziet dan ook dat onze rol verandert. De klant vraagt meer om halffabricaten die hij direct kan inzetten. Wij moeten meer kijken naar de waarde die we kunnen toevoegen. De beslismomenten halen we naar voren. We zeggen tegen de klant: ‘Vertel ons wat je gaat maken, wij kunnen die passende oplossingen leveren’. Klanten worden zo veel meer strategische partners. Dat vergt flexibiliteit van ons als bedrijf en van alle andere staalhandelaren.” 

Stevige transitie

In de komende tien tot vijftien jaar voorziet Hilbrands dan ook een stevige transitie binnen de staalhandel. Wil een staalhandel toekomst hebben, dan zal zij moeten groeien naar een toeleverancier van halffabricaten. Een proces van zeker een generatie. “In veel bedrijven gaat met de komst van de jongere generatie een nieuwe wind waaien. Het is nu de tijd om te veranderen. Willen we de concurrentie voorblijven, dan moeten we innoveren.”    

"*" geeft vereiste velden aan

Stuur ons een bericht

Dit veld is bedoeld voor validatiedoeleinden en moet niet worden gewijzigd.

Wij gebruiken cookies. Daarmee analyseren we het gebruik van de website en verbeteren we het gebruiksgemak.

Details