Op 27 maart jl. was de DomusDela kerk in Eindhoven de prachtige locatie voor een goedbezochte Zuidelijke BetonReparatieMiddag. De bijeenkomst, georganiseerd door het BetonOnderhoudsPlatform (BOP), stond in het teken van Artificial Intelligence en de rol die dit instrument kan spelen in de levensduurverlenging van gebouwen en kunstwerken.
Religieus erfgoed mag een passend decor heten, voor een inspirerende middag over betononderhoud onder het motto ‘nooit meer slopen’. De Paterskerk, nu DomusDela kerk, uit het einde van de 19e eeuw is recentelijk verbouwd tot multifunctioneel centrum. Een mooi voorbeeld van een oerdegelijk bouwwerk dat in staat is eeuwen overeind te blijven. Zijn wij niet meer in staat om te bouwen voor de eeuwen? Architectuurhistoricus Herman Wesselink, autoriteit op het gebied van kerkgebouwen in Nederland, wijst in zijn uiteenzetting op het feit dat de kerk stevig is gebouwd met baksteen en hout. “In veel modernere religieuze werken van beton zie je soms al na decennia problemen optreden met wapeningscorrosie. Wat dat betreft hebben architecten Bekkers en Hegener, leerlingen van Pierre Cuypers, het degelijker aangepakt.” De transformatie tot multifunctioneel centrum en congreslocatie noemt Wesseling een prachtig voorbeeld van hoe we met religieus erfgoed kunnen omgaan.
Vervolgens was het woord aan Bart Brink van het Topconsortium voor Kennis en Innovatie (TKI) in de Bouw en Techniek. Met een reeks cijfers maakte hij duidelijk dat we zonder hulpmiddelen als AI de enorme instandhoudings- en verduurzamingsopgave waar Nederland voor staat niet gaan oplossen. “Er is een grote schaalsprong nodig om de 7 miljoen woningen, 1 miljoen utiliteitsgebouwen en ruim 87.000 kunstwerken te renoveren en verduurzamen.” Met een arbeidsproductiviteit van de bouwsector die enorm achterloopt bij andere sectoren, de zeer trage adoptie van digitale technologieën in de bouw (meestal beperkt tot het automatiseren van de administratie) en de oplopende personeelsschaarste lopen we zo tegen een muur op. Vooral in het toepassen bij repetitieve taken kan AI een rol spelen zodat er tijd vrijkomt voor het schaarse technische personeel om op andere vlakken productiever te zijn. Brink benadrukte vooral het belang van samenwerken in de branche, omdat daarmee AI voor veel bedrijven wel binnen handbereik komt. De grootste valkuil: dat de kloof tussen IT-experts en de mensen op de werkvloer te groot wordt.
In de paneldiscussie onder leiding van Bart Brink waren er kanttekeningen te horen bij de diverse voorzitters van de brancheorganisaties van het BetonOnderhoudsPlatform. Rob Wiedemeijer (Vereniging van Leveranciers van Betonreparatie en beschermingsmiddelen – VLB) wees op het risico van het delen van data versus de bescherming van investeringen in productieprocessen en innovatie. Voor Jelle Lecluijze (Vereniging van Adviseurs op het vakgebied van Beton Onderhoud en -Reparatie – VABOR) moeten we kritisch blijven op de kwaliteit van alle data die beschikbaar komen en op de manier waarop we constructies beoordelen. Veel aandacht in de discussie ging uit naar de factor mens. Christian Carlie (Vakgroep gecertificeerde BetonReparatiebedrijven – VBR) stelde dat technische mensen het vak verlaten en specialistische kennis daarmee verdwijnt. Behoud van vakmensen is dus al moeilijk, maar mijn degenen die er nu zitten ook de mensen die AI kunnen oppakken? William van Lissum (Stichting Opleiding tot Betonreparatie Specialist – OtBS) constateerde dat opleidingen een vast toetsingskader hebben met curricula en examens. Daarin AI integreren is al lastig in een conservatieve branche. Er zijn dus zorgen over de inzet van AI, maar ook positieve geluiden. Namens het KB-Kenniscentrum benadrukte Fons Bots dat kathodische bescherming al datagedreven werkt en dat AI daarbij werkdrukverlagend wordt ingezet. Lecluijze staat ook positief tegenover de kansen die AI biedt om ‘laagwaardig’ inspectiewerk te vereenvoudigen door bijvoorbeeld beeldherkenning, al moeten we niet blind vertrouwen op de output van AI.
Concrete technologie was na de onderbreking het thema van Marcel de Wit, business development manager bij BU Sixense Monitoring. Hij schetste in een notendop het enorme instrumentarium waarmee tegenwoordig constructies ‘aan het praten’ gebracht worden en hoe de data die hieruit voortkomen, kunnen worden ingezet. Sensoren kunnen scheurvorming, corrosie, zetting, helling en andere stress-factoren meten. Analyse gebeurt in Structural Health Monitoring (SHM). De Wit vertelt dat AI tegenwoordig een belangrijke rol speelt. Het kan onder meer SHM nauwkeuriger maken en verder automatiseren en speelt een steeds grotere rol in data-analyse, schadedetectie en voorspellend onderhoud.
Filosoof en cabaretier Paul Smit mocht de middag afronden met een humorvolle presentatie waarin hij de soms onnavolgbare werking van ons brein liet zien. Het is nog steeds dat brein dat die onderhoudsopgave van gebouwen en kunstwerken moet zien op te lossen. Als de capaciteit van onze hersenen dat niet kan bolwerken – en daar lijkt het op, zullen we een beroep moeten doen op AI. Anthony van den Hondel (dagvoorzitter) dankt na afloop Angelique Nagtegaal voor de feilloze organisatie.